Voor je begint

Welk station?

Om mee te doen met WOW-BE heb je in de eerste plaats een automatisch weerstation nodig. Er bestaan heel veel verschillende merken en types van weerstations, met heel uiteenlopende prijzen. WOW-BE laat de keuze van het weerstation volledig vrij.

Vóór de aankoop dien je te controleren of er een mogelijkheid bestaat om de gegevens van je station naar WOW-BE te uploaden. De eenvoudigste optie is een zogenaamd “WOW-BE ready” station. Andere uploadmethoden zijn mogelijk en samengevat in de onderstaande tabel, die indien nodig wordt bijgewerkt.

Gebruikte softwareConnectie met WOW-BE reboot
MeteobridgeWOW-BE is toegevoegd als mogelijk weernetwerk in de firmware update van 23 september 2025.
CumulusMXCumulusMX ondersteunt upload naar WOW-BE vanaf Versie 4.6.3 (build 4127) en hoger.
WeeWXWOW-BE is toegevoegd aan de lijst met weernetwerken in de development versie van WeeWX.
WS View / WS View Plus / Ecowitt appZie instructies “WOW-BE ready” station.
Zelf programmeren met de APIZie instructies DIY met WOW-BE API.

Plaatsing van je station

Een goede plaatsing van je station is bijzonder belangrijk. Het bepaalt in grote mate de kwaliteit van de waarnemingen.

De thermometer kan het best worden geplaatst op een open plek op afstand van gebouwen. De thermometer mag zich zeker niet bevinden bij muren of andere oppervlakken die voor opwarming kunnen zorgen. Idealiter wordt de thermometer geplaatst in een goed geventileerde weerhut (shelter), die bescherming biedt tegen zon en neerslag, maar tegelijk voldoende luchtcirculatie toelaat.
Het is doorgaans niet eenvoudig om een goede locatie te vinden voor een anemometer (windmeter), aangezien er zich in het ideale geval in de wijde omtrek geen grote obstakels mogen bevinden. Kies waar mogelijk een open plek en meet de afstand van de windmeter tot de grond. Vermeld deze hoogte en eventuele andere zinvolle informatie, zoals de hoogte van het gebouw en de locatie van bomen of obstakels in de buurt.
Net als bij windmetingen is beschutting een belangrijk probleem bij het meten van neerslag. Probeer ervoor te zorgen dat er zich in de overheersende windrichting geen grote obstakels bevinden. 
Bij het meten van de luchtvochtigheid is een afwijking van 5% of meer normaal. De nauwkeurigheid kan wel tot op zeker niveau worden gecontroleerd: op dagen met veel mist en temperaturen boven het vriespunt zou de meter een luchtvochtigheid van ca. 95-100% moeten aangeven.  
 Voor luchtdruk zijn er geen bijzondere aandachtspunten.

Als je weerstation bestaat uit één unit (een zgn. sensorarray) dan zal je een compromis moeten zoeken tussen de bovenstaande elementen.

NL FR EN